Standpunt VVD - De Vughtse Regeling

Raadsvergadering van donderdag 22 december 2016

De Vughtse Regeling, meer specifiek de Vughtse aankoopregeling.

De regeling die bedoelt is om die mensen die zitten met een onverkoopbaar huis, maar die dat huis toch wel heel erg graag willen verkopen, om juist die mensen een uitweg te bieden, een vangnet.

Een regeling die nog in de kinderschoenen staat wie de kinderschoen past, trekke hem aan. Want dat er een hoop mitsen en waren in de commissie, dat moge duidelijk zijn, maar dat er ook een gezamenlijke wil was om tot een Vughtse aankoopregeling te komen, ook dat stond buiten kijf. Met de essentie van de regeling is namelijk niets mis. Op hoofdlijnen is het een uitstekend kader, aangezien het voortborduurt op de regelingen van Moerdijk en Groningen, maar de regeling had nog wel een Vughts sausje nodig.

Vandaar een raadsbreed amendement, waarmee we het college richting geven, een amendement waarmee we aan knoppen draaien, maar bovenal een amendement waarmee we duidelijkheid willen creëren en zekerheid willen geven aan bewoners en belanghebbenden. Voor hen is het belangrijk dat zij weten waar ze aan toe zijn, én dat ze weten dat deze regeling nog flexibel is. We beginnen met een pilot waarin zowel burgers, belanghebbenden en deskundigen betrokken worden om de regeling nader uit te werken, om de regeling bij te kunnen blijven stellen. Hiermee hopen we tot een optimalisatie te komen die recht zal doen aan alle input.

Grofweg zijn er vijf punten waarop we de regeling veranderen en drie punten waarop we nog uitgebreidere raadsvoorstellen van het college verlangen. Allereerst wordt de doorlooptijd verkort door de openbare verkooptijd te verkorten en het aantal toewijzingsmomenten te verhogen. Hierdoor hoeven mensen minder lang te wachten totdat hun huis verkocht is. De VVD ziet overigens graag dat de toewijzingscommissie van deze termijnen mag afwijken indien zij dat nodig wenst, maar daar kom ik zo op terug.

Ook het maximaal aantal woningen dat per jaar aangekocht wordt, wordt veranderd. Dit wordt namelijk revolverend gemaakt, op het moment dat we gedurende een jaar woningen verkopen die in dat jaar gekocht worden, kan er van het vrijkomende geld dat jaar wederom een woning gekocht worden. Met als maximum het aantal van 25 woningen in eigendom van de gemeente. Voor alle duidelijkheid: na een jaar begint het tellen weer opnieuw en sluiten we het voorgaande jaar af. Zodoende kunnen er na 2 jaar maximaal 50 woningen in bezit zijn, maar indien er van het eerste jaar nog maar 20 woningen in bezit zijn na 2 jaar, kunnen er in jaar 2 dus niet 30 woningen gekocht worden.

Een andere wijziging hebben we in de commissie al aangedragen. Dat gaat over de verkoop van een woning door de gemeente voor meer dan de taxatiewaarde, binnen zes maanden na de overdracht aan de gemeente. Dit verschil, minus de kosten, wordt namelijk uitgekeerd aan de voormalig eigenaar, tenzij dit getal natuurlijk onder 0 duikt.

De laatste wijziging die we aan willen brengen is het per direct oprichten van een klankbordgroep bestaande uit direct betrokken bewoners. De mensen aan het spoor en N65 hebben namelijk het grootste belang bij deze regeling, dan moeten we deze mensen ook het beste horen.

Deze wijzigingen achten wij als raad nodig om de regeling nu te verbeteren, maar dat wil niet zeggen dat de regeling daarmee al optimaal is. Het is niet voor niets dat we aftrappen met een pilot. Een pilot waar we tegen problemen zullen aanlopen, een pilot waar we oplossingen voor die problemen zullen vinden. Dit kunnen we echter niet alleen. Het is daarom dat we het college van B&W opdracht geven na de pilot bij ons terug te komen met een geoptimaliseerde regeling, die tot stand is gekomen met behulp van bewoners, belanghebbenden en deskundigen.

Maar ook voordat de pilot van start gaat willen we nog voorstellen ontvangen van het college, er zijn namelijk nog punten waarop meer duidelijkheid noodzakelijk is. Hoe zit het namelijk met de financiën? Bij een regeling als deze zou het mooi zijn als die na afloop budgetneutraal blijkt te zijn, maar er is bij de start natuurlijk wel een startkapitaal nodig. Hierover willen we graag een voorstel ontvangen van het college. Maar we spreken ook onszelf als raad hierop aan. Ook wij moeten ernaar streven budgetten binnen te halen, wellicht door met provinciale staten te gaan praten, of met de Tweede Kamerfracties, van SGP tot Partij van de Dieren.

Ook over de eerdergenoemde onafhankelijke beoordelingscommissie willen we een apart raadsvoorstel. Een raadsvoorstel waarin we besluiten wie er in deze commissie zitten, welke bevoegdheden ze hebben, zittingstermijnen etc. etc. Het is nu te kort dag om daar fatsoenlijk over te kunnen besluiten, vandaar de vraag om een apart voorstel.

En het laatste, en misschien wel belangrijkste punt waar we graag een helder besluit over willen nemen voordat de pilot van start gaat maar waarover momenteel nog te veel onduidelijkheid is: van welke taxatiewaarde gaan we uit. Hierover lopen de meningen sterk uiteen, sommigen opperen 2006, anderen de dagwaarde, sommigen opperen woz waardes, andere weer geïndexeerde waardes alsof ze aan het spoor liggen maar alsof er tegelijkertijd op dat spoor niets gebeurt. Voor allen is wat te zeggen, tegen allen is wat in te brengen. Het is niet verstandig om daar nu in alle haast een besluit over te nemen. Een besluit dat dan vooral gestoeld zou zijn op emoties en niet op feiten, het huidige raadsvoorstel is daar namelijk te summier voor, we willen daar meer duidelijkheid over, met rekenvoorbeelden en scenarios, zodat we daar weloverwogen een besluit over kunnen nemen.

En daarmee heb ik het amendement niet keurig samengevat maar juist over uitgeweid, dus rest mij niets om het nu daadwerkelijk in te dienen, en daarmee mijn betoog af te ronden: